Het schrijfproces – deel 2.
Omdat ik het programma Scrivener gebruik dat speciaal gemaakt is voor schrijvers, ga ik dat nu eerst uitleggen.
In dit programma heb je de mogelijkheid je verhaal in afzonderlijke stukken te schrijven en er later vrij gemakkelijk dan weer één geheel van te maken. Tussentijdse ideeën zijn overzichtelijk op te slaan, terug te vinden en daarna te verwerken. Hetzelfde geldt voor de resultaten van de research en de te raadplegen archieven.
Het scherm is onderverdeeld in drie sectoren. (zie foto 1)
Links de index – in het midden het werkgedeelte (daar schrijf ik mijn tekst) – rechts het kladblok (daar plaats ik info uit mijn research).
Index
Links bij de index staat onder Binder: Manuscript, Research, New Collection (ideeën voor mijn volgende boek) en Prullenbak.
Foto 1
In Manuscript heb ik alle tekst, verdeeld zoals ik dat wil, geschreven. Bij mij zijn dat genummerde hoofdstukken. Als ik op Manuscript klik zie ik onderaan de pagina hoeveel woorden in dit manuscript tot nu toe zijn geschreven.
Foto 2
In Manuscript heb ik ondergebracht:
- De hoofdstukken;
- De namen van de personen die ik gebruik. Omdat het grotendeels een waar gebeurd verhaal is gebruik ik in het concept de originele namen. Eventueel verander ik die later met een zoek/vervang opdracht;
- Het laatste hoofdstuk. Dat heb ik al geschreven. Ik weet natuurlijk hoe het afloopt;
- De achterkant. Ook die is klaar. Dat is een heel belangrijk onderdeel van een boek want 90% van de mensen koopt een boek op basis van de info op de achterkant. Ik heb daar recentelijk bij Jolanda Pikkaart een achterflapchallenge voor gevolgd. Dat was heel leerzaam;
- Info hoe ik het aan wil leveren. Zoals, lettertype, lettergrootte, koptekst en/of voettekst, paginanummering en de plaats daarvan;
- Met dank aan. Heel belangrijk om dat tijdens het schrijfproces al bij te houden. Dan gaat het automatisch en hoef je er later niet over na te denken. Doe je dat pas aan het eind dan loop je de kans iemand te vergeten;
- To Do. Als ik ineens iets bedenk wat ik beslist niet mag vergeten en in de volgende ronde moet verwerken dan maak ik hier een aantekening;
- Diversen. Waar zouden we zijn zonder deze rubriek? Alles wat niet onder een voorgaande rubriek valt, stop ik hierin. Zoals ISBN-nummer, de NUC-code enz.
In Research heb ik het volgende staan:
De naam zegt het al, alles wat ik aan onderzoek heb gedaan om een zo goed mogelijk boek te schrijven, verzamel ik hier.
- Alle berichten van en aan George (de hoofdpersoon) per mail, op datum;
- Idem messenger berichten, op datum;
- Idem whatsapp berichten, op datum;
- Idem hangoutberichten, op datum;
- Foto’s die George heeft gestuurd;
- Info die ik over bepaalde onderwerpen heb opgezocht;
- Alle correspondentie met andere personen over dit boek;
- Mijn reisverslag.
- Allerhande, met o.a.:
- Woorden die je moet vermijden, zoals dus, ook, soms, toch enz. en je eigen stokpaardjes natuurlijk. Bij mij is dat het o.a. het woordje ‘er’;
- Een lijst met synoniemen. Soms kun je woorden die je moet vermijden gewoon schrappen maar een andere keer zal je toch een synoniem moeten gebruiken. Vandaar de lijst. Zie op foto 3 als voorbeeld het woord ‘ook’:
- Uitgevers. Daar kom ik in mijn volgende blog uitgebreid op terug.
- Alle namen en bijbehorende info van diegene met wie ik tijdens het hele proces contact mee heb gehad over alles wat met het boek te maken heeft;
Foto 3
Het Midden gedeelte of wel mijn werkgedeelte
In dit gedeelte schrijf je je verhaal.
Op foto 4 kun je zien dat ik bij hoofdstuk 29 ben aanbeland.
Foto 4
Het rechtse deel ook wel kladblok genoemd
Rechts is een venster waar je info uit je research kunt plaatsen en dient als naslagwerk. Gebruik je dit deel niet dan kun je het werkgedeelte vergroten.
Ik werk wel met het kladblok en zet daar bijvoorbeeld de discussie in die ik met George voerde. Als ik iets vertel over mijn reis plaats ik dat gedeelte uit mijn reisverhaal daar. Het naslagwerk is altijd voorhanden en ik hoef niet te bladeren.
Van Scrivener naar Word
Voor mijn werk naar Lindy (zie vorige blog) gaat exporteer ik het naar Word. Ik kijk na of er niet te veel woorden die je moet vermijden in staan en zo ja dan ga ik wijzigen. Ik heb als regel dat zo’n woord gemiddeld één keer per pagina mag voorkomen. Is het meer, en helaas komt dat regelmatig voor, dan moet er geschrapt worden of op zoek naar synoniemen.
Opslagmethode
De versies krijgen de naam van het hoofdstuk met oplopende nummering, te beginnen bij 1. Zodra het terugkomt krijgt het nummer 2 enz. De correcties van Lindy worden in het oorspronkelijke Word Document gemaakt en krijgt niet alleen nummer 3 maar ook de toevoeging: na correctie Lindy. enz enz. Ik bewaar alle versies.
Je krijgt dan bijvoorbeeld de volgende versies:
Hoofdstuk 1 t/m 4-1 naar Lindy
Hoofdstuk 1 t/m 4-2 nagekeken door Lindy
Hoofdstuk 1 t/m 4-3 aangepast en weer retour Lindy
Hoofdstuk 1 t/m 4-4 nagekeken Lindy 2e keer
Mijn begeleider Alexander Jansen
Het resultaat na de correcties van Lindy stuur ik vervolgens naar mijn begeleider Alexander Jansen. Zijn opmerkingen, betrekking hebbend op de taal of andere kleine en gemakkelijk aan te brengen wijzigingen verander ik direct. Complexe (aan)wijzigingen niet. Die komen later bij een tweede ronde. Een opmerking in de geest van: je moet er meer emotie inbrengen en je kwetsbaar opstellen is iets voor later.
Uiteraard probeer ik om zijn opmerkingen en aanwijzingen in de volgende hoofdstukken wel door te voeren.
Hoofdstuk 1 t/m 4-5 naar Lex
Hoofdstuk 1 t/m 4-6 retour Lex
Ik bespreek zijn opmerkingen met Lindy.
De dan ontstane versie documenteer ik met nummer en toevoeging: ‘Voorlopig laatste concept’ inclusief de datum en komt pas weer aan bod als de complete ruwe versie klaar is.
Wordt vervolgd
Eigenlijk heb ik hier weinig te zeggen, alleen een persoonlijke opmerking.Ik let heel erg op lettertypes. Als ik een boek opensla en het lettertype bevalt niet, koop ik het eigenlijk nooit, hoe interessant de achterkant ook moge zijn.
Ik had- eerlijk gezegd- aangespoelde verhalen niet gekocht vanwege het lettertype…….
Wat een interessante benadering. Nooit bij stilgestaan. Welk lettertype heeft dan je voorkeur?