Deze nacht ga ik maar vlug vergeten. Was niet leuk. In de ene slaapkamer was het veel te koud en in de andere veel te warm. Leuk hoor er waren in mijn slaapkamer 2 schemerlampjes. Aan de ene zat helemaal geen snoer en aan de andere wel een snoer maar geen stekker. Electra hing half uit muur en nodigde nu niet uit om dat te gebruiken. Airco’s konden niet uit en ook niet verstelt worden.
Van slapen kwam niet veel. Had me ook niet gerealiseerd dat bij het huren van een huisje niets aanwezig is. Om maar een paar dingen te noemen: geen handdoeken en toiletpapier. Toch essentiële dingen. Gelukkig had ik een badlaken bij me waar Amber al van had gezegd: waarom moet die mee en ook na mijn reis naar China zit ik nooit meer zonder toiletpapier. Om 4 uur had ik nog geen oog dicht gedaan en ben ik buiten in de hangmat gaan liggen. Zo onder het mom van als er iemand komt met slechte ideeën dan kan dat net zo goed buiten als binnen. Ik ben in ieder geval in slaap gevallen om half 8 stond er iemand naast me te kuchen. Hugo! Heb hem vriendelijk toegeknikt en ben naar binnen gegaan. Op bed gaan liggen en werd om half 10 wakker. Zo die uurtjes heb ik gemaakt. Intussen was ik weer alleen. Had al besloten dat ik niet nog een nacht hier bleef slapen en heb alles in de auto geladen, geld neergelegd en ben vertrokken.
Toen ik een paar kilometer weg was een whatsapp naar de eigenaar gestuurd. Lijkt me een man waar je beter geen ruzie mee kunt krijgen. Ja hoor, ik moest maar in het huisje blijven hij kwam er aan. Ik heb gezegd dat ik al onderweg was en precies de andere kant genoemd dan waar ik heen ging. Verder geen reactie van hem gekregen maar wel van Booking of het juist was dat ik een boeking had geannuleerd en of ik de reden op kon geven. Ja het klopt, ben er 1 nacht geweest en de tweede geannuleerd en de reden is dat het niet was wat ik er van verwachtte. Kreeg daar een nette reactie op. Zaak afgesloten.
Toen op weg naar het nationaal tropisch park Ybycuí. Het is er vochtig en het is ruim 30 graden. Het zweet gutst aan alle kanten van mijn lijf. Er is ook een waterval maar die sla ik over, heb die de laatste dagen genoeg gezien en het kan toch niet mooier. Er schieten allerlei beesten voor mijn voeten weg. Volgens mij zijn het veelal muizen. Ook hier veel vlinders en ontzettend veel spinnenwebben. Het is er schitterend zeker met de zon die door de bomen schijnt op het tapijt van bladeren en mos. Kom 1 keer iemand (een ranger ?) tegen die heel vreemd kijkt maar me groet door zijn vingers aan zijn pet te brengen. Mijn gevoel zegt dat hij niet oorspronkelijk van deze omgeving is.
Toen naar La Rosada en fabriek waar ijzer werd geproduceerd om het leger te voorzien van wapens in de oorlog van de Drievoudige Alliantie (1865-1870). De Brazilianen hebben na de oorlog de oude fabriek vernield. Er staan nog wat restanten en verder is er een museum ingericht met informatie over de geschiedenis.
Daarna richting Encarnacion vertrokken en via Mbuyapey en Quyquyhó naar Caapucú. Wat een weg. Diepe gaten en heel veel water. Op enig moment kwam ik bij een heel grote plas en iets zei mij: dat ik daar niet doorheen moest rijden.
Ik ben dus gestopt en heb met een grote tak aan de rechterzijkant in het water lopen steken en ik denk dat ik er aan die kant wel doorheen had gekund. Maar twijfelde. Gelukkig kwam er op dat moment een pick-up, zo’n heel grote joekel en die ging er rechts (voor hem) doorheen. Ok, dat was dus een mogelijkheid. Hij stopte en beduidde mij dat ik absoluut niet door het midden moet rijden want dan ging ik kopje onder. Je zult het toch meemaken. Wat ik ook nog had bedacht, maar gelukkig was het niet zo ver gekomen. Om mijn schoenen en broek uit te trekken en dan door het midden te lopen. Als ik kruishoogte zou naderen wist ik zeker dat ik daar niet doorheen kon. Achteraf denk ik dat ik dan in een enorm gat terecht gekomen was. Ik zie het helemaal voor me, tot boven mijn kruin onder de modder. Moet er even niet aan denken. Toch is het stom dat het nergens aangegeven staat. Na deze hobbel genomen te hebben werd de weg er niet beter op. Een stukje verder kwam ik bij een brug waar aan de zijkanten rijbalken waren aangebracht. Het was duidelijk de bedoeling dat ik daaroverheen moest rijden. Ik heb de auto ervoor gezet en ben toen gaan kijken. Nou, dat paste maar net, of beter gezegd eigenlijk net niet, beide banden stonden voor de helft op de balk dus ik moest er echt wel kaarsrecht overheen. De breedte was duidelijk gemaakt voor die tractoren met die hele brede banden die je hier overal op het veld ziet. Maar ook dit weer geklaard. De laatste 58 kilometer waren van die kinderkopjes die heel ongelijk waren gelegd. Mijn ingewanden zaten volgens mij heel hoog toen ik eindelijk op de normale weg was. Route National 1 is een tweebaansweg waar je op de meeste plaatsen maar 60 kilometer mag rijden. Ook die weg is niet perfect maar bij het eerste gedeelte vergeleken een tapijtje. Moest wel 2 keer tol betalen, beiden keren ongeveer een Euro.
Morgen en overmorgen heb ik een hotel in Encarnacion. Jammer dat ze vanavond geen kamer meer vrij hadden dan zou ik morgen niet hoeven te verkassen. Maar goed dit hotel wat ik nu heb gevonden is ook prima.