Dit is achteraf gezien een van de zwaarste dagen geweest. We staan voor dag en dauw op en gaan met de boot eerst een stuk varen om vervolgens door de jungle te lopen naar Lake Sandoval. Het pad is modderig want het heeft de afgelopen dagen behoorlijk geregend. Onderweg wijst de gids ons op de medicinale planten, de tropische bomen, insecten vlinders en vogels.

Er is zoveel te zien en te horen dat je eigenlijk niet merkt hoe moe je bent. Als we bij het meer aankomen gaan we met de kano verder en onderwijl eten we ons ontbijtje op.

We gaan op zoek naar reuzenotters en krokodillen. Die laatste zien we niet maar de otters wel.

Ook veel papegaaien, aapjes en onwijs veel vogels. De een nog mooier dan de ander. Na een paar uur op het meer en dan vooral langs het oerwoud te hebben gevaren gaan we weer terug. Op de terugweg heb ik het erg moeilijk. Het is een andere, kortere weg maar veel slechter en zwaarder. De plassen zijn soms zo diep dat mijn laarzen vollopen. Dat komt ook omdat ik van die dikke kuiten heb en de randen omgeslagen moesten worden anders pasten ze niet, dus zijn mijn laarzen korter. Ik zit een paar keer vast en ook blijven mij laarzen soms steken in de modder. Dan moet ik die weer zoeken en proberen een hoger gelegen gedeelte te bereiken. Mijn laarzen leeg te gieten en proberen ze weer aan te krijgen. Soms probeer ik me aan een boom vast te grijpen maar dan gilt Franklin dat ik dat moet laten want er kunnen giftige spinnen aan zitten. Het is afzien. Ik val een aantal keren en mijn kleding is niet om aan te zien. Eindelijk bereiken we de boot die ons naar de lodge brengt.

Het liefst zou ik met kleren en al de rivier in zijn gesprongen maar dat mocht niet omdat de stroming veel te sterk is. Als ik bij mijn hut ben aangekomen ben ik eigenlijk te moe om mijn laarzen uit te trekken. Krijg het toch voor elkaar en kleed me verder op de veranda uit. Zelfs mijn ondergoed zit onder de modder. Wat is een douche dan lekker zelfs als het koud water is. Andere kleren aan en vlug een hapje gaan eten. Daarna mag ik 2 uur siësta houden. Hoera !! Dan vertrekken we naar een uitkijktoren. Ruim een half uur doen we er over. Gelukkig is het grootste deel van het pad goed bereikbaar. Als we de 150 treden hebben geklommen is het uitzicht het inderdaad wel waard geweest om hier naar toe te lopen. Vogels vliegen af en aan. De een nog mooier dan de ander en allemaal kleurrijk. Eigenlijk wil ik hier nog wel een poosje blijven maar we moeten zelfs snel zijn om voordat het donker wordt weer terug te zijn. Dit was echt echt een dag met een gouden randje.

Author

Van jongs af aan heeft reizen me gefascineerd. Was toen niet in de gelegenheid om dat te verwezenlijken maar haal nu dubbel en dwars de achterstand in. Geniet met volle teugen van al die mooie plekken op deze wereld en niet te vergeten van de veelzijdigheid van zijn bewoners. Probeer zoveel mogelijk uit het leven te halen want de eeuwigheid is me nooit beloofd.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *